Erkenning
De meester, de tuinman en de bezoeker
Het denken koestert het verlangen om iets buitengewoons te zijn. Het ego hunkert naar de erkenning dat je iemand bent. De een verwezenlijkt die droom door rijk te worden, een ander verwezenlijkt die droom door politieke macht te verwerven en nog een ander verwezenlijkt die droom met wonderen of toverpraktijken. Maar het komt altijd op dezelfde idee neer: `Ik kan er geen vrede mee hebben dat ik niemand ben.’
En er voltrekt zich een wonder als je er vrede mee kunt hebben dat je niemand bent, dat je net zo gewoon bent als ieder ander, als je niet op maatschappelijke erkenning uit bent, als je bestaat alsof je niet bestaat. Er niet zijn is het wonder.
Bankei was een keer in zijn tuin aan het werk toen een man, een zoeker, iemand die op zoek was naar een meester, hem aansprak met de vraag: `Tuinman, waar kan ik de meester vinden?’ Bankei zei lachend: `Kijk, als je die deur daar binnengaat, vind je de meester binnen vanzelf.’
De man volgde het pad en ging naar binnen. Hij zag er Bankei in zijn zetel zitten, dezelfde man die hij in de tuin had zien werken. De zoeker zei: `Zit je me voor de gek te houden? Kom vlug uit die zetel. Dit is heiligschennis, je betoont hiermee weinig respect voor de meester.’ Bankei kwam uit de zetel, nam plaats op de grond en zei: `Wel, dat maakt het moeilijk. Nu hoef je in de zetel geen meester meer te verwachten… want ik ben zelf de meester.’ De zoeker kon maar niet begrijpen dat een groot meester in de tuin kon werken, een zo gewoon iemand kon zijn. Hij ging weg. Hij kon niet geloven dat deze man de meester was. Hij liet een mooie kans liggen.
Iedereen is bang dat hij niet iemand is. Alleen zeer uitzonderlijke en buitengewone mensen zijn daar niet bang voor, mensen als Gautama de Boeddha en Bankei. Een niemand, een niet-iemand, is niet zo’n alledaags verschijnsel. Het is een van de geweldigste ervaringen in je leven: dat je er bent en dat je er toch ook niet bent. De ervaring dat je het bestaan in de puurste vorm bent, zonder naam, zonder adres, zonder begrenzingen… geen zondaar en ook geen heilige, niets minder en ook niet iets meer, alleen stilte.
De mensen zijn bang dat ze hun hele persoonlijkheid zullen verliezen; hun naam, hun faam, hun aanzien, dat allemaal vrezen ze kwijt te raken en dat roept angst op. Maar de dood zal ons die dingen in elk geval afnemen. Wie wijs is, geeft die dingen rustig de gelegenheid vanzelf te verdwijnen. Dan blijft er voor de dood niets over om je af te nemen. Dat maakt een einde aan al je angsten, omdat de dood zich niet bij je zal melden, je hebt niets voor de dood.
De mensen zijn bang dat ze hun hele persoonlijkheid zullen verliezen; hun naam, hun faam, hun aanzien, dat allemaal vrezen ze kwijt te raken en dat roept angst op. Maar de dood zal ons die dingen in elk geval afnemen. Wie wijs is, geeft die dingen rustig de gelegenheid vanzelf te verdwijnen. Dan blijft er voor de dood niets over om je af te nemen. Dat maakt een einde aan al je angsten, omdat de dood zich niet bij je zal melden, je hebt niets voor de dood.
De dood kan een niet-iemand niet doden.
Als je eenmaal je niet-iemand-zijn hebt ervaren, ben je onsterfelijk. De ervaring van niet-iemand-zijn is precies de betekenis van nirvana, van niets-heid, van totale onverstoorde stilte, zonder ego, zonder persoonlijkheid, zonder valse schijn -- alleen deze stilte… en de insecten die we in de avond horen zoemen.
In zeker opzicht ben je hier en toch ook weer niet hier. Je bent hier doordat je nu eenmaal verbonden bent met je lichaam maar je hoeft maar naar binnen te kijken om te weten dat je niet hier bent. En wat je daar binnen ziet, die pure stilte en het pure zijn, dat is je werkelijkheid die door de dood niet vernietigd kan worden. Dit is je eeuwigheid, je onsterfelijkheid.
Er valt niets te vrezen, er valt niets te verliezen. En als je denkt dat je iets bent kwijtgeraakt -- je naam, je faam, je aanzien -- besef dan dat het waardeloze dingen zijn. Ze zijn speelgoed voor kinderen, niet voor volwassen mensen.
Het wordt tijd dat je volwassen wordt, dat je tot rijpheid komt, dat je de tijd neemt om er gewoon te zijn. Je wens om iemand te zijn houdt je zo klein. Hoe meer het je lukt iemand te zijn, des te kleiner word je en hoe meer het je lukt niet iemand te zijn, des te meer groei je. Wees absoluut niemand en je zult één worden met het bestaan zelf.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten