dinsdag 6 december 2011
De dwaze wijsheid van Franciscus van Assisi
Het dwaze hart
Het hart heeft zijn eigen beweegredenen waar het verstand niets van begrijpt. Het hart heeft een eigen bestaansdimensie die voor het denken volslagen duisternis is. Het hart heeft hoogtes en dieptes die voor het denken onbereikbaar zijn.
Het hart lijkt dwaas te zijn. Liefde lijkt altijd dwaas omdat liefde niets met nut van doen heeft. Het denken heeft dat wel. Het wendt alles voor een ander doel aan. Dat is wat van nut zijn wil zeggen. Het denken is nu eenmaal doelmatig, doelgericht, het probeert alles ergens toe te laten dienen en met liefde lukt dat niet. Dat is het probleem. Liefde is zelf een doel.
Gekken bezitten een subtiele wijsheid, wijzen gedragen zich als gekken. In vroegere dagen trof je aan het hof van alle koningen een nar aan. De koningen omringden zich met veel wijze mannen, raadgevers, ministers en eerste-ministers maar er was ook altijd een nar. Waarom? Omdat er dingen zijn die zogenaamde wijze mannen niet kunnen begrijpen, die alleen een gek begrijpt, want de zogenaamde wijzen zijn zo dwaas dat ze hun verstand door hun bekwaamheid en scherpzinnigheid laten benevelen.
Een gek is argeloos en hij was nodig omdat de zogenaamde wijzen heel vaak de mond niet durfden open te doen uit angst voor de koning. Een gek is voor niemand bang, hij spreekt zonder angst voor de gevolgen. Zo zijn gekken nu eenmaal, onnozel, onnadenkend. Een slim iemand denkt eerst na over de gevolgen en handelt dan pas. Eerst denken, dan doen. Een gek doet, die denkt niet eerst na.
Iemand die het allerhoogste verwerkelijkt, is niet van het slag van jullie wijzen. Dat is uitgesloten. Hij lijkt eerder op jullie gekken, zeker niet op jullie wijzen.
Toen Sint Franciscus verlicht werd, ging hij zich "Gods dwaas" noemen. De paus was een wijs iemand en toen Franciscus hem een bezoek bracht, meende zelfs de paus dat die man niet goed snik was. Hijzelf was intelligent, berekenend, slim. Hoe had hij het anders tot paus kunnen brengen? Om het tot paus te brengen moet je heel wat politieke intriges overleefd hebben.
Om het tot paus te brengen moet je beschikken over tactisch inzicht, over een agressieve wedijver waarmee je anderen opzij drukt, over het talent om je van anderen te bedienen en ze dan de bons te geven. Zo werkt de politiek en de paus is een politiek leider. De religie komt op de tweede plaats of helemaal nergens. Hoe kan een religieus mens zo agressief zijn dat hij om een ambt gaat vechten? Dat doen alleen politici.
Franciscus bracht een bezoek aan de paus en de paus dacht dat die man gek was. Maar de bomen en vogels en vissen dachten daar anders over. Als Franciscus op de rivier toeliep, sprongen de vissen op uit het water, uit pure vreugde dat hij gekomen was. Heel wat mensen zijn er getuige van geweest hoe talloze vissen op hetzelfde moment in het water opsprongen.
De rivier wist niet meer waar ze het had met al die springende vissen. Franciscus was er en dat maakte de vissen dolgelukkig. En waar hij ook ging, altijd vlogen er vogels mee. Ze kwamen op zijn been, op zijn lijf, op zijn schoot zitten. Ze begrepen deze dwaas beter dan de paus deed. Zelfs bomen die verdord waren en op afsterven stonden, werden weer groen en gingen weer bloeien als Franciscus op hen toeliep. De bomen begrepen best dat hij niet een gewone dwaas was maar Gods dwaas.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten